
De woordnood was nog nooit zo groot geweest. Goed, er kwamen weleens woorden bij, maar waar dat er ooit zeker vier waren geweest op jaarbasis, waren het nu nog maar twee, hooguit drie eens in de vijf jaar. En dat terwijl het volk hunkerde naar nieuwe woorden.
De onrust onder de mensen was groot. Er waren zelfs al demonstraties geweest van de groep Woordrecht, die opkwam voor het recht op nieuwe woorden zoals was vastgelegd in de grondwet van het land. Van heinde en verre kwamen mensen naar de hoofdstad om mee te protesteren, hetgeen wel aantoonde hoezeer het probleem speelde. De laatste demonstratie was bijna uitgelopen op een handgemeen tussen de demonstranten en de ordehandhavers, dus er moest snel iets gebeuren om de opstand te beteugelen.
De regering zat met de handen in het haar. De nieuwe woorden waren ooit nog spontaan vanuit de bevolking ontstaan, maar dat was in de laatste decennia min of meer opgehouden. De Taalspecialisten hadden ontdekt dat er een verband was tussen de creativiteit van de mensen en de frequentie waarmee de woorden werden bedacht. Zonder nieuwe woorden verloor men de creativiteit om nieuwe woorden te bedenken en dat was inmiddels een vicieuze cirkel geworden.
Om de creativiteit te forceren, zodat tenminste één van de twee hete hangijzers aangepakt werd, werd er vanuit het bestuur van De Taalspecialisten een woordwedstrijd georganiseerd. Er konden grote prijzen gewonnen worden, zoals een strandhuis aan de Costa del Brillo, want het belang was groot. Er werd besloten dat er om te beginnen een nieuw werkwoord en een nieuw zelfstandig naamwoord nodig waren. In welke categorie, dat maakte niet uit, ieder woord was welkom. Een grootscheepse campagne werd opgezet om ruchtbaarheid te geven aan de wedstrijd. Tot in de verste uithoeken moest men op de hoogte zijn, om de kans op nieuwe woorden te vergroten. Er moesten toch ergens in het land nog mensen zijn die creatief met woorden waren, daar ging men tenminste wel vanuit. Er waren twee voorwaarden waaraan een nieuw woord moest voldoen: er mocht geen ander woord bestaan met de betekenis van het nieuwe woord en degene die het woord bedacht had moest ook gelijk op de proppen komen met een woord dat tegengesteld was aan het nieuwe woord. Men kon immers niet zonder de andere kant van iets, er moest wel evenwicht zijn.
Zeer mondjesmaat kwamen er wat woorden binnen, maar die bestonden allemaal al. Omdat tijd een minder grote rol speelde, wachtte men geduldig af. Op het moment dat het eerste nog niet bestaande, nieuwe woord binnenkwam, was er een jubelstemming bij de specialisten. Het betrof een werkwoord, een gloednieuw werkwoord, en de betekenis ervan bestond nog niet!
Het woord was ‘ontzoeken’ en betekende zoveel als dat je, als je iets kwijt was geraakt, er niet meer verder naar zou gaan zoeken, want dat leverde toch nooit iets op en was alleen maar heel frustrerend. Briljant vonden ze het, dat voegde echt iets toe aan het leven van de mensen en ze waren er al zeker van dat het nieuwe woord veel zou worden gebruikt, want wie was er nou niet regelmatig iets kwijt? Het tegengestelde woord was ‘vervinden’. Vervinden was een bijzonder relativerend woord, dat inhield dat je het verloren item vast ooit verderop in de tijd wel weer zou tegenkomen. De mensen waren ook erg blij met de nieuwe woorden, ze werden meteen door iedereen toegepast: ‘Ik heb iets ontzocht, want ik vervind het wel weer een keer’, klonk het overal lachend.

Er kwam ook een nieuw zelfstandig naamwoord binnen dat meteen in het oog sprong: ‘Blokvisie’. Dit woord was extra interessant omdat het een hele nieuwe blik gaf op creativiteit. Het idee erachter was dat de mensen in het land hun denken blokkeerden doordat ze te veel langs de randen van hun denken dachten, op een hoekige manier. Het tegengestelde woord hierbij was nog belangrijker, want die gaf een oplossing voor dat starre denken. ‘Spiraaldenken’, zo klonk de tegenhanger. Als de mensen wat ronder zouden gaan denken, dan konden ze meer in de vorm van een scheppende spiraal denken, wat hele andere, nieuwe ideeën met zich mee zou brengen. De spiraal van het denken kon denkbeeldig nauwer en wijder worden gemaakt, naargelang het onderwerp en wat men met het denken probeerde te bereiken. Dit was echt schitterend; een verrijking, niet alleen voor de taal, maar ook voor het hele gedachtegoed van de mensen. Het zou er zelfs voor kunnen zorgen dat ze terug zouden gaan naar het oude aantal nieuwe woorden dat jaarlijks werd bedacht. De Taalspecialisten zouden het een tijdje geven om het effect van de vier nieuwe woorden te bestuderen, maar de verwachtingen waren dat de woordnood hiermee misschien wel voorgoed opgelost zou kunnen zijn.