
Ik ben een product van mijn omgeving. De kleine ik had nooit een eigen stem. Als ik al een mening had, werd die toch niet gewaardeerd. Dit geldt ook voor mijn emoties, ook daar was geen ruimte voor. Als ik maar braaf was, kreeg ik de meeste aandacht en daar deed ik het voor. Ik was aanwezig, maar toch ook niet.
Ik ben voorspelbaar en ik weet het. Uit mijn mond zullen geen onverwachte dingen komen. Alles wat ik zeg is precies zoals mijn omgeving het van mij verwacht. Op exact de juiste momenten zeg ik ‘ja’ of ‘nee’, ik lach vrolijk mee als men daarop rekent en ben meelevend als de situatie erom vraagt. Ik weet meestal feilloos wat er van me wordt verwacht. En als ik het niet weet, kan ik dat goed verbergen. Soms wordt er gevraagd: ‘Wat vind jij ervan?’ en daar schrik ik dan weleens van. Want nadenken is iets dat ik niet zo goed kan.
Feestjes zijn voor mij best lastig. Dan loop ik te veel risico dat er ineens iemand tegen me praat. Ik sta liever gewoon ergens mooi te wezen, ik weet precies hoe dat gaat. Soms probeer ik te zien hoe anderen het doen. Dan ga ik erbij staan, in de hoop dat ik niet opval, zodat ik kan afkijken hoe men zich gedraagt. Daar leer ik nu en dan iets van, dat ik de volgende keer goed kan gebruiken. Maar zodra ik word aangesproken, raak ik nog weleens de weg kwijt, want ik heb heel soms echt geen idee wat er van me wordt verwacht. Maar ik kan naderhand wel zeggen: ‘Ja, daar was ik bij’ en ‘Ja, wat was het leuk’ of ‘Nee, daar was niks aan’. Ja, ik ben wel sociaal, gelijk heb je.
Ik ben me ervan bewust dat ik niet origineel ben. Ik waai met alle winden mee. Zodra er op het werk gebrainstormd moet worden, raak ik in paniek. Als ze mij maar niets vragen, gaat er dan door me heen. Als ik enthousiast reageer op de ideeën van anderen, kan ik mijn eigen tekortkoming wel goed maskeren, iedereen wil graag dat je achter ze staat. Al is kiezen tussen twee of meerdere plannen wel moeilijk voor mij. Ik kies dan voor de veiligste weg en sta dan altijd achter degene die de meeste stemmen krijgt.
Ik was laatst op een verjaardag en luisterde met een gesprek mee. Goh, dat ene meisje antwoordde precies zoals ik zou hebben gedaan. Sjonge, maar wat was die er bedreven in, meelachen en doen alsof je ergens voor staat. Ik herkende dat uit duizenden en daar heb ik dan ook wel een tijdje naast gezeten, naast dat goede voorbeeld voor mij. Ik ging bijna nadenken over hoe het zou zijn als ik met haar in gesprek zou raken, hoe dat dan in godsnaam zou gaan en hoe saai dat wel niet zou zijn. Maar nee, ik peins daar maar niet meer over, want denken is echt te vermoeiend voor mij.

Waarschijnlijk krijg ik wel een vriend en zal ik zelfs gaan trouwen, wie weet. Mijn uiterlijk zal daarin van overwegend belang zijn. Oppervlakkig zal mijn man dan wel moeten zijn, want anders val ik door de mand. Nee, het moet geen prater zijn, maar meer een van doen. Als ik weet wat hij van mij verwacht, dan kan ik ook dingen doen. Schoonmaken, koken en de vuilnis buiten zetten, dat lukt me allemaal wel. En als ik zwanger word, dan doe ik heel blij, precies zoals wordt verwacht van mij. Ik wil graag een prinsje en een prinsesje. Ik heb dat een keer horen zeggen en dat klonk wel goed, dus die heb ik erin gehouden en die is nu van mij. ‘Goh, wat leuk’ was al eens de reactie daarop, dus dat werkt als een trein.
Ik ben aanwezig, maar toch ook niet. Het is maar dat u het weet. Ik kan er niets aan doen, zo ben ik nou eenmaal gemaakt. Ik ben gelukkig nooit iemand tot last, dat is wel een pré. Ik ben een product van mijn omgeving en daar doe ik het maar mee.